dinsdag 31 maart 2015

Henk Hofland en de Massa 35


Hoflands demonisering van Iran verloopt in De Groene Amsterdammer ondermeer op de volgende manier:

Van het grootste belang is misschien het nieuwe koningschap in Saoedi-Arabië dat onzekerheden vertoont die misschien na verloop van tijd door Teheran geëxploiteerd kunnen worden.

Eén zin met tweemaal 'misschien.' Ter verduidelijking: 'misschien' wil zeggen 'dat er een bepaalde kans bestaat dat de uitspraak waar is.' Tweemaal binnen slechts 25 woorden de mogelijkheid dat een 'uitspraak waar is,' is een verzonnen constructie,  anders gesteld: suggereren zonder bewijzen. Bij gebrek aan feiten is Hofland bezig met gokken om propaganda te kunnen bedrijven en zo de massa te mobiliseren tegen een vermeende vijand. Hofland creëert zijn eigen vijand, hij en zijn publiek hebben die nodig om zichzelf een identiteit te verschaffen, om in een onzekere wereld zichzelf zekerheid te verschaffen. Eén ding weet het paranoïde type absoluut zeker: ergens daarbuiten loert de doortrapte vijand. Dat kan niet anders, de vijand verschaft de angstige kleinburger zekerheid. En voor de propagandist geldt natuurlijk dat hijzelf nooit de vijand kan zijn. Als er ooit een dag zou aanbreken dat hij geen vijanden van buitenaf te vrezen heeft, dan wordt  onmiddellijk zijn naaste de vijand, zo diep is zijn gecultiveerde angst, zo intens zijn verlangen naar macht, beheersing. Terwijl hij niets anders dan gehoord wil worden, vreest hij zijn publiek. De joodse Nobelprijswinnaar Literatuur Elias Canetti concludeerde in Massa & Macht (1960) na meer dan 500 pagina's onderzoek dan ook:

Of hij al dan niet metterdaad door vijanden wordt belaagd, altijd zal hij een gevoel hebben bedreigd te zijn. De gevaarlijkste dreiging gaat uit van zijn eigen mensen, die hij altijd beveelt, die in zijn naaste omgeving verkeren, die hem goed kennen. Het middel tot zijn bevrijding, waarnaar hij niet zonder aarzeling grijpt maar waarvan hij geenszins geheel afziet, is het plotselinge bevel tot massadood.

Daarom dient Hofland de macht, de grootste macht om precies te zijn, dat wil zeggen: de macht die het meeste geweld kan genereren en derhalve de grootste bloedbaden kan veroorzaken. Elke dode is voor hem één vijand minder, één bedreiging minder. Zijn mens- en wereldbeeld is verankerd in het bevel van hogerhand, in de onverbiddelijke macht, gebaseerd op grootscheeps geweld.  Canetti:

Het systeem van bevelen is algemeen erkend. Het duidelijkst is het in de legers tot uitdrukking gekomen. Maar veel andere gebieden van het moderne leven staan in het teken van het bevel. De dood als dreiging is de munt van de macht. Het is gemakkelijk hier munt op munt te leggen en enorme kapitalen te vergaren.

Om die macht over leven en dood te verwerven zijn geen feitelijke bedreigingen noodzakelijk, maar voldoet het begrip 'misschien,' tot tweemaal toe ingezet in één zin. Hoflands op kadaverdiscipline gefundeerde agressie heeft geen feiten nodig, zij kent haar eigen innerlijke logica. Niets geeft een hoogbejaarde man, naar wie zijn heel werkzaam leven lang werd geluisterd, zoveel macht als het naar hun dood sturen van jonge mannen. Des  te zwakker de eigen potentie hoe afhankelijker de 87-jarige is van de jeugd. Zonder jongeren zou hij zich niet kunnen manifesteren. Wie zal nog naar hem luisteren, als er geen levensgevaarlijke vijand meer is? Zijn hoogtijdagen waren de Koude Oorlog, die hem in de polder 'tot beste journalist van de twintigste eeuw' maakten. Alles en iedereen zal hij opofferen om zijn roem in de 21ste eeuw te behouden. En dus beweert hij in De Groene Amsterdammer van 26 maart 2015 onder de kop 'De bom van Iran':

Het bezit van de kernbom is onderdeel van de Iraanse buitenlandse politiek die al jaren wordt gekenmerkt door het streven naar expansie zoniet een overwicht in de regio.

Dat Iran omsingeld wordt door Amerikaanse militaire bases, dat Iran met financiële en militaire steun van het Westen, en de westerse bondgenoten Saoedi-Arabië en de Golfstaten, op 22 september 1980 'via air and land' werd binnengevallen door de Iraakse strijdkrachten van Saddam Hoessein verzwijgt Henk Hofland, omdat feiten niet passen in zijn demonisering van 'de ayatollahs,' alsof het een monolitisch regime betreft. Het toppunt van zijn 'conspiracy of silence' wordt bereikt wanneer de nestor van de polderpers het doet voorkomen alsof 'het vredestichtende Westen,' met zijn almaar toenemende afhankelijkheid van de olierijke regio, uit altruïstische motieven 'de kernbom' bezit, en alsof het Westen niet zou 'streven naar expansie zoniet een overwicht in de regio.' Hofland omzeilt tevens de vraag waarom hij niet voorstelt om de, volgens hem, 'uiterst militante' staat' Israel te dwingen haar kernwapen-arsenaal te ontmantelen. Waarom Iran zich niet met een 'kernwapen' zou mogen beschermen tegen de terroristische bedreigingen van onder andere de zionistische staat en Saoedi-Arabië, is een vraag die Hofland weigert te stellen, omdat zij niet in zijn oorlogshetze past. 

Hoeveel dieper kan de columnist van De Groene nog zinken, wanneer hij enerzijds feiten verzwijgt en anderzijds met het begrip 'misschien' suggereert dat er een reële bedreiging bestaat? Met de oude en beproefde techniek van stigmatisering en demonisering wil hij zijn publiek rijp maken voor nieuw neokoloniaal geweld van het Westen. Het kennelijk nogal onnozele lezerspubliek van De Groene slikt als zoete koek Hoflands bewering dat aangezien 'Iran ernaar [zal] blijven streven de supermacht van het Midden-Oosten te worden' de NAVO onder aanvoering van Washington en Wall Street 'corrigerend' zal moeten optreden, voordat het te laat is. De vooraanstaande opiniemaker verzwijgt daarbij dat het werkelijke gevaar voor de Westerse elite het feit is dat als 'de ayatollahs' erin 'slagen' een eigen nucleair wapen ontwikkelen 'daarmee de verhoudingen niet alleen in de regio maar in de hele wereld volstrekt veranderen.' Het volgens Hofland 'vredestichtende Westen,' onder aanvoering van de VS, zou dan niet langer meer een democratisch gekozen Iraanse regering ten val kunnen brengen, zoals in 1953 gebeurde nadat de Iraanse volksvertegenwoordiging had besloten de eigen oliebronnen te nationaliseren, hetgeen de westerse oliemaatschappijen, met BP voorop, niet accepteerden. De CIA zou, als Iran een eigen kernwapen bezit, niet langer meer een dictator kunnen aanstellen in landen die voor de westerse elite van geopolitiek of economisch belang zijn.

Dat is wat Hofland in concreto bedoelt wanneer hij zijn zelfbenoemde 'politiek-literaire elite' in de polder op de consequenties wijst van een Iraanse kernbom. Maar dat schrijft de oude doortrapte opiniemaker natuurlijk niet, hij heeft maar een half woord nodig om zijn zelfgenoegzame 'elite' op het juiste spoor te zetten. In plaats daarvan rechtvaardigt hij nieuw geweld tegen Iran met de volstrekt absurde bewering dat 

Een kernmacht die Amerika en Israel haat een dodelijk gevaar [betekent] voor de wereldvrede.

Intussen kan de Israelische marine met onderzeeboten, uitgerust met kernwapens, onbekritiseerd blijven deelnemen aan NAVO-oefeningen voor de kust van Iran. Daarnaast blijft Hofland ook gehoorzaam zwijgen over het feit dat de VS met het oog op de handhaving van de Amerikaanse hegemonie de komende jaren zijn nucleair arsenaal geheel zal vernieuwen, een project dat meer dan een biljoen dollar gaat kosten, dus een miljoen keer een miljoen. Verspild geld, gezien de werkelijke bedreigingen van de mensheid zoals onder andere de klimaatverandering waarbij inmiddels wetenschappelijk is bewezen dat de opwarming van de aarde zichzelf versterkt.

Als broodschrijver weet Hofland wat zijn opdrachtgevers van hem verwachten. Daarom staat boven zijn propaganda de kop 'De bom van Iran,' daarmee de suggestie wekkend dat die al bestaat. Wanneer de hoerige 'vrije pers' maar vaak genoeg een leugen herhaalt wordt die vanzelf de waarheid, zoals het permanente gehamer op Saddams zogenaamde 'massavernietigingswapens' nog eens heeft aangetoond. In zijn boek Tegels lichten uit 1972 schreef H.J.A. Hofland:

Als ik een schets schrijf van de generatie die mij mijn ‘essentiële waarden’ zonder boze opzet cadeau deed, dan is dat geen naturalistisch portret, maar mijn kijk van nu op hun vroegere inzichten, trauma's, definitieve beslissingen en andere historische momenten. Wat gereconstrueerd wordt is niet wat ze toen werkelijk waren, maar hoe ze als instrument van overlevering hebben dienstgedaan. Zoals later zal blijken is er een lachwekkende incongruentie tussen reconstructie en werkelijkheid, want wat ik bijvoorbeeld voor orkanen in hun levens heb aangezien blijkt bij hen alleen het verongelijkt gevoel te hebben veroorzaakt van iemand die op de tocht wordt gezet. De tocht zelf daartegen heeft hen zeer gealarmeerd.

Precies hetzelfde gaat nu op voor Henk Hofland en zijn bejaarde polder-claque zelf. Ook deze generatie is niet in staat gebleken rekening te houden met de kwetsbaarheid van de mens en de natuur.  Zijn generatiegenoten daverden maar door, maniakaal op zoek naar bevestiging van hun opgeblazen ego's. De macht kon hen voor een appel en ei voor haar kar spannen. Een beetje geld, een beetje erkenning, zo nu en dan een prijsje, et voilà, niets nieuws onder de zon. Al bijna tweeënhalve eeuw geleden merkte de grote Britse historicus Edward Gibbon in The Decline and Fall of the Roman Empire op dat: 

Augustus was sensible that mankind is governed by names; nor was he deceived in his expectation, that the Senate and people would submit to slavery, provided they were respectfully assured that they still enjoyed their ancient freedom.


Voor een paar duiten is de hoogbejaarde Henk Hofland in te huren om 'de Ander' te stigmatiseren en te demoniseren. Zonder vijand, geen mainstream-pers. De Nederlandse journalistiek is als een oppervlakkig toneelstuk, zonder geschiedenis, zonder context, zonder diepte, zonder catharsis, zonder lering. In het voorwoord van de heruitgave van At The Mind's Limits. Contemplations By A Survivor On Auschwitz And Its Realities schreef in 1977, een jaar voor zijn zelfmoord, de joodse auteur Jean Améry:

Between the time this book was written and today, more than thirteen years have passed. They were not good years. One need only follow the reports from Amnesty International to see that in horror this period matches the worst epochs of a history that is as real as tin it inimical to reason. Sometimes it seems as though Hitler has gained a posthumus triumph. Invasions, aggressions, torture, destruction of man in his essence…

whatever abominations we may have experienced still do not offset the fact that between 1933 and 1945 those things of which I speak in my writings took place among the German people, a people of high intelligence, industrial capacity, and unequaled cultural wealth — among the people of 'Poets and Thinkers.' For this is a fact that until this day remains unclassified and, despite all the diligent historical, psychological, sociological, and political studies that have appeared and will yet appear, at bottom probably cannot be clarified. 

De van origine Oostenrijkse intellectueel Améry 'schreef vanuit een slachtoffer-perspectief op een onverwerkt verleden. Maar slachtoffers kunnen mentaal niet loskomen van de begane wreedheden. Ze zitten, zoals Améry schrijft, "vastgenageld aan het kruis van hun vernielde verleden." Maar ook de daders zitten vastgekluisterd in hun verleden. Uiteindelijk zitten beiden, bij wijze van spreken, rug aan rug aan elkaar vastgekluisterd, elk een andere kant opkijkend. De uiteindelijke les is: om deze verschrikkingen te kunnen voorkomen moet men eerst begrijpen hoe een gewone mens een beul kan worden.'

Tot 'beul' dient men ook de beulsknechten te rekenen, in dit geval de opiniemakers die de terreur met woorden rechtvaardigen en die in niets wezenlijks verschillen van de  doorsnee 'Schreibtischmörder.' Améry stelt weliswaar dat 'this Evil is singular and irreducible in its total inner logic and its accursed rationality,' en dat vanwege 'this reason all of us are still faced with a dark riddle,' toch impliceert dit niet dat de Hoflanden slechts acteurs zijn in een toneelstuk, geschreven door een ander, en dat zij daardoor geen schuld dragen voor de bloedbaden die door hun woorden werden en nog steeds worden veroorzaakt. En dat de westerse opiniemakers 'even escaped into an obstrusive  (opdringerig svh) philosemitism, which for the respectable victims was an embarrassment, for the less respectable, whose existence must not be concealed, a favorable opportunity to reap profits from the miserable conscience,' maakt het vraagstuk waarom geprezen opiniemakers als Henk Hofland nog steeds propaganda maken voor de terreur van de oorlog alleen maar actueler. Wat bezielt geschoolde mensen in hun agressieve waanzin? De Nederlandse schrijver en historicus Ewoud Kieft schreef hierover het uiterst lezenswaardige en interessante boek Oorlogsenthousiasme.  Europa 1900-1918 (2015), waarin hij de 'geestdrift' beschrijft van 'vooraanstaande kunstenaars, schrijvers en wetenschappers' voor oorlogsgeweld en waarom de 'oorlogsenthousiastelingen uit de vroege twintigste eeuw, onder wie Hesse, Sigmund Freud, Vladimir Majakovski en H.G. Wells' zo 'euforisch [waren] toen de oorlog uitbrak.' 

De in 1977 geboren Kieft vraagt zich af 'hoe zoveel intelligente, vooruitstrevende en sociaal geëngageerde mannen en vrouwen [konden] veranderen in militante, oorlogsverheerlijkende radicalen.' Die vraag is een eeuw later door Auschwitz en Hiroshima, Vietnam en Irak, nog actueler geworden, zeker nu duidelijk is geworden dat de 'politiek-literaire elite' met haar oorlogshetze bereid is zelfs het risico van een nucleaire holocaust te riskeren. Vanwaar die 'aanzuigende kracht' van de krankzinnigheid van de oorlog op mensen die beter kunnen weten? Hoewel Kieft's 544 pagina's tellende studie boordevol interessante verklaringen bevat, beperk ik me nu tot die van Sigmund Freud, omdat die uitgaat van onderbewuste driften, de volgens mij — overigens als leek — meest plausibele oorzaak. Kieft:

Op 6 februari 1915 had Freud een lezing gehouden voor de Joodse belangenorganisatie B'nai B'rith, waarin hij een psychologische verklaring voor de uitbarsting van oorlogsenthousiasme probeerde te geven. Hij liet achterwege dat ook hijzelf een paar weken lang door de opwinding en het patriottisch optimisme was meegesleept. En over zijn zonen, die nu als vrijwilliger in het Oostenrijkse leger vochten, zweeg hij al helemaal. Voor zijn psychologische analyse van de recente gebeurtenissen deed Freud zijn wetenschappelijke bril op. Want hij was er inmiddels van overtuigd dat het oorlogsenthousiasme een bewijs vormde van zijn gelijk.

Hij greep terug op de theorieën die hij in 1913 in Totem und Tabu beschreven had, over het schuldcomplex dat in prehistorische tijden was ontstaan, toen jongemannen hun seksuele driften hadden gevolgd en de stamvader hadden vermoord. Al vanaf zijn oorsprong had de mens een ambivalente houding tegenover de dood gehad: hij had geen moeite anderen te doden, maar was niet in staat met de dood van zijn dierbaren om te gaan. 'Bij het lijk van een geliefde verzon hij geesten […] De voortdurende herinnering aan de gestorvenen […] gaf hem de gedachte in van een voortleven na de schijnbare dood.'

Maar het meest kenmerkende van de oermens was dat die niet in staat was in zijn eigen sterfelijkheid te geloven. Hij kon zichzelf niet 'dood denken.' Dat was een psychologische onmogelijkheid die nog steeds in het menselijke onderbewuste zat. 'Ons onbewuste gelooft dus niet in de eigen dood, het gedraagt zich alsof het onsterfelijk is.'

Hoewel volgens Freud dit ook 'heroïek en opofferingsgezindheid' schiep, denk ik, dat  de ontkenning van de dood tevens buitengewoon destructieve neigingen losmaakt. Wat mij opvalt bij een hoogbejaarde, door de mainstream gerespecteerde opiniemaker, is het feit dat hij als het ware over zijn graf heen de toekomst van toekomstige generaties wil bepalen. Want dat is wat de 87-jarige, met al één been in het graf staande, aan het doen is door nu al toekomstige oorlogen te rechtvaardigen. Ondertussen heeft de geschiedenis aangetoond dat elke oorlog de condities schept voor nieuwe, nog desastreuzere, oorlogen, terwijl toch de mens vandaag de dag weet dat 'mankind must put an end to war before war puts an end to mankind,' zoals president John Kennedy op 25 september 1961 in een toespraak voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties verklaarde. Desondanks of misschien wel juist daarom blijft Hofland de noodzaak van oorlogen benadrukken, wanneer hij bijvoorbeeld zonder enige terughoudendheid beweert dat 'Het dus noodzaak [is] voor het Westen om grenzen aan de Russische expansie te stellen. We naderen het stadium waarin van Poetin alles te verwachten valt.'  Ewoud Kieft:

Over het oorlogsenthousiasme zelf had Freud een nog eenduidiger theorie, die hij een paar maanden later tijdens een tweede lezing naar buiten bracht. De plotselinge moordzucht en vreemdelingenhaat, waar zelfs — en juist — de hoogst opgeleide, meest 'geciviliseerde' lagen van de bevolking zich aan overgaven, zonder enige scrupules of achting voor het internationaal recht, waren eigenlijk heel logisch. Beschaving was in feite niets meer dan de kunstmatige inperking van de menselijke driften. Met het voortschrijden van de beschaving verdwijnen de driften niet, die worden alleen maar heftiger onderdrukt. Op onbewaakte ogenblikken vinden ze altijd hun uitweg, redeneerde Freud, precies zoals 'we bij het inslapen telkens onze moeizaam verworven zedelijkheid als een kledingstuk afwerpen — om het de volgende morgen weer aan te trekken.

Wat in Europa was gebeurd was in die zin onvermijdelijk. Mensen leefden al jaren 'boven hun stand,' zoals Freud het formuleerde. Het werkelijke gevaar had hem had hem gezeten in het feit dat mensen in de illusie van beschaving waren geloven, een illusie die ze zichzelf hadden aangepraat. 'In werkelijkheid zijn ze niet zo diep gezonken als we vreesden, want ze waren lang niet zo hoog gestegen als we geloofden.' Het uitbreken van de oorlog had de ware aard van het menselijk beest weer aan de oppervlakte gebracht, een tijdelijke oprisping, verwachtte Freud, want de sociale onderdrukkingsmechanismes zouden daarna vanzelf hun werk weer gaan doen.

Maar die terugkeer naar de 'normaliteit' is niet langer vanzelfsprekend nu de Mutual Assured Destruction van de kernwapen-strategie het overleven van de mensheid op losse schroeven heeft gezet. Vandaar ook de krankzinnigheid van Hoflands enthousiasme voor oorlog als disciplinerings-maatregel. Zich beroepend op de redding van de beschaving pleit hij voor de vernietiging van elke beschavingsnorm.  De nestor van de polderpers suggereert de beschaving te dienen door 'het menselijk beest weer aan de oppervlakte' te brengen, en heeft zich mede daardoor weten te ontwikkelen tot de 'beste journalist van de twintigste eeuw,' de meest bloedige eeuw in de geschiedenis van de mensheid, 'dit verschrikkelijke tijdperk van verlies aan waarden,' toen 'alle waarden tot ideologie [werden],' zoals de joods Hongaarse Nobelprijswinnaar Literatuur Imre Kertész het verwoordde. 

In het voetspoor van Freud stelde de Canadese auteur Michael Ignatieff in zijn boek Blood and Belonging (1995) over de burgeroorlogen die zich sinds het eind van de Koude Oorlog in de zogeheten beschaafde wereld voltrokken, dat het verlangen naar grof geweld -- dat het handelen van zowel voetbalhooligans en massamedia als politici en criminelen dicteert -- zijn oorsprong vindt in een 'deeper substratum of male resentment at the civility and order of the modern state itself.' De bron van dit geweld is volgens hem angst en 'the rational core of such fear is that there is a deep connection between violence and belonging.' 

Dulce Et Decorum Est om voor het vaderland te sterven.

Hoe angstiger Henk Hofland en het establishment worden des te heviger hun zucht naar geweld, in een instinctmatige, onbewuste en vergeefse poging daarmee de eigen frustrerende angsten te bezweren. Hij en de massamedia in het algemeen zijn vervreemd van zichzelf geraakt en worden gedreven door een vurig verlangen ergens bij te horen, bij een groep die bescherming kan bieden tegen het in anderen geprojecteerde Grote Kwaad op aarde. Hofland en de zijnen functioneren als de kanaries die ooit in kolenmijnen als vroegtijdig waarschuwingssysteem dienden voor de aanwezigheid van giftige gassen. De houding van de massamedia is het waarschuwingssignaal dat het Westen in een diepe crisis verkeert. Er is opnieuw sprake van een groeiend overweldigende drang naar verwoesting. Ignatieff schreef dan ook na een rondreis door de oorlogsgebieden tegen het einde van zijn boek:

I cannot help thinking that liberal civilization -- the rule of laws not men, of argument in place of force, of compromise in place of violence -- runs deeply against the human grain and is achieved and sustained only by the most unremitting struggle against human nature. 

Hij heeft helaas gelijk, de alles vernietigende instincten nemen het op den duur over bij onbeheerste mannen, 'mad with fear or mad with vengeance.' Grootscheeps geweld fungeert voor hen als middel om hun angsten en wraakgevoelens te dirigeren. Het spreekt voor zich dat zij daarbij laf genoeg zijn om ver van het werkelijke front te blijven. Anderen moeten sterven voor de waanzin van oude mannen. Terwijl anderen sterven zitten Hofland en zijn 'politiek-literaire elite' in hun comfortabele 'schuilkelders' te wachten tot de monsters zijn verslagen. Maar wat hij en zijn 'elite' niet beseffen is dat ze met hun angstzaaierij meewerken aan een 'totalitair' bewustzijn, aan datgene wat Slavoj Žižek in zijn essaybundel Geweld. Zes Zijdelingse Bespiegelingen (2009) naar aanleiding van de film The Village (2004)  van M. Night Shyamalan als volgt verwoordt:

Een authentiek gemeenschap lijkt zo alleen mogelijk in een situatie van constant gevaar, in een permanente noodtoestand. Dit gevaar is op de beste 'totalitaire' manier georkestreerd, zo vernemen we, door de kring van vertrouwelingen, de 'oudsten' van de gemeenschap zelf, om te voorkomen dat de oningewijde jongeren het dorp verlaten en de weg door het bos naar de decadente steden wagen. Het kwaad zelf moet verdubbeld worden: het 'werkelijke' kwaad van de laat-kapitalistische sociale ontbinding moet getransformeerd worden in het archaïsch magisch-mythische geweld van 'monsters.' Het kwaad is deel van de kring van vertrouwelingen zelf: het is verzonnen door haar leden. We lijken hier terug bij G.K. Chesterstons 'The Man Who Was Thursday,' waarin de hoogste politie-autoriteit dezelfde persoon is als de topcrimineel, en een strijd met zichzelf opvoert. Op een proto-hegeliaanse manier is het gevaar van buiten dat de gemeenschap bestrijdt, haar eigen inherente wezen…

Degene die tot oorlog oproept wordt die oorlog, hij vernietigt allereerst zichzelf om anderen te kunnen vernietigen. Meer over Henk Hofland later. 


MAANDAG 30 MAART 2015

Increased Dutch State campaing to blame Russia for MH17 Disaster

English below.

Enorme Staatscampagne om schuld MH17 ramp alsnog in Russische schoenen te schuiven.

Bewijs en feiten lijken daarbij van geen belang; eerder maar lastige obstakels.

Er lijkt een opfriscampagne aan de gang om de schuld van de MH17 crash alsnog, met alle geweld in de schoenen van de Russen te kunnen schuiven.

NOS is zowel op de radio (met in de hoofdrol de als altijd collaboratiegewillige Lara Rense) als op tv bij het 8-uur journaal bezig om alle pijlen op Rusland te richten. Als aanleiding wordt nu de oproep genomen van het OM aan getuigen om zich te melden. Het lijkt alsof het OM enkel geineteresseerd is in getuigen die iets over Russische schuld willen getuigen. Geen woord bij de NOS over de serieuze mogelijkheid dat er straaljager bij betrokken zouden kunnen zijn. En geen woord bij de NOS dat er in de Donbass gewoon een oekraïense BUK installatie in de Donbass was. Wat deed die Oekraïense BUK daar? Het verzet of de Russen hadden ten slotte nog nooit met een vliegtuig daar gevlogen.

Het zijn vragen die op de Nederlandse staatsradio en tv niet gesteld (mogen?) worden.



ENGLISH

Dutch State campaing to blame Russia for MH17 Disaster

It seems a refresh-campaign has started on Dutch State-radio and Dutch state-tv to blame Russia for the disaster with the MH17. Especially LARA RENSE is playing a pivotol role in this on the Dutch state radio. Facts and logic do not play any role. Lara Rense willingly collaborates in this game

A call sent out by the Dutch investigating team to witnesses to report what they have seen is being used by Dutch state radio and tv to point full force to the Russian side. As if there can only be witnesses in what was "Rebel-held" territory. The fact that there is clear footage of a UKRAINE BUK on the eve of 17 July in Donbass is completely neglected. Also the possibility of airplanes having participated in the event is fully ignored. The Dutch tunnel-vission could not be more narrow.

Geen opmerkingen:

Peter Flik en Chuck Berry-Promised Land

mijn unieke collega Peter Flik, die de vrijzinnig protestantse radio omroep de VPRO maakte is niet meer. ik koester duizenden herinneringen ...