dinsdag 7 oktober 2008

Theo Dersjant van de Nieuwe Reporter 2


Nu ter zake: ik heb in al die tijd dat de Nieuwe Reporter bestaat op vier artikelen gereageerd. 4 dus van de honderden artikelen. Zie: http://www.denieuwereporter.nl/index.php?s=stan+van+houcke Desondanks 'moeten we nu toch erg oppassen dat je niet te dominant wordt,' aldus Theo Dersjant.


Wat is er nu werkelijk aan de hand? Welnu, Nederland kent geen journalistieke traditie, in tegenstelling tot de angelsaksische landen. In het Nederland van het veel geroemde poldermodel was (en is dat in feite nog steeds) de journalist de spreekbuis van bepaalde belangen, van de diverse zuilen, de socialistische, de liberale, de katholieke, de protestantse. De journalist zorgde ervoor dat zijn eigen zuil het best geportretteerd werd, en hield daarbij scherp in de gaten dat de andere partijen niet te scherp werden bekritiseerd, want het poldermodel schrijft voor dat we samen moeten werken in de polder. We zijn op elkaar aangewezen. Dat heeft een mentaliteit gekweekt die enerzijds buitengewoon positief is, aangezien we elkaar niet de koppen inslaan, maar anderzijds een mentaliteit heeft geschapen van opportunisme, hypocrisie, doortraptheid en een zekere mate van intellectuele corruptie.


In Nederland kan bijvoorbeeld nooit scherpe kritiek op de commerciele massamedia gegeven worden door journalisten die zelf tot die commerciele massamedia behoren. Het land is te klein, iedereen kent iedereen, en sterker nog, iedereen is afhankelijk van iedereen. En op die manier houdt men de zaak in evenwicht. Het gevolg is wel dat het niveau van de journalistiek hier buitengewoon laag is. Alleen door frictie kan iets groeien. Die is er dus niet. De journalistieke vakbladen zijn dan ook slaapverwekkend, gekeutel in de marge. Nagenoeg niemand van mijn Nederlandse collega's zal ook ooit reageren op gefundeerde kritiek. Men negeert kritiek in de terechte verwachting dat het wel overwaait. Het probleem is alleen dat de Nederlandse journalistiek daardoor geen ontweikkeling doormaakt. Het is dan ook niet verbazingwekkend dat de Nederlandse journalistiek het fenomeen Fortuyn niet heeft voorzien, en ook niet de bouwfraude, of de financiele crisis en dezelfde journalisten die onwetend waren over wat er op straat en achter de schermen gebeurde, staan nu vooraan om het publiek te vertekllen wat er op dit moment allemaal aan de hand is. Er bestaat in de Nederlandse journalistiek geen zuiverende werking.



In Nederland zou nooit een website als de Britse http://www.medialens.org/ kunnen bestaan, waarin de commerciele massamedia genadeloos worden geanalyseerd en bekritiseerd. Het is mediakritiek van een hoog niveau. In Nederland kan dit niet, journalisten kunnen hier niet genadeloos worden aangevallen op hetgeen ze produceren. Dat wordt beschouwd als een persoonlijke aanval, wat het natuurlijk voor een deel ook is. Voor een deel, maar dat deel mag niet, dan 'moeten we nu toch erg oppassen dat je niet te dominant wordt.' Dat woordje 'toch' is zo significant Nederlands.


Theo Dersjant. Ik begrijp het, en zal niet meer inhoudelijke kritiek geven op beweringen als deze: 'Fortis: journalisten gedroegen zich keurig. Roddel en achterklap leidden de afgelopen weken en maanden tot een wereldwijde crisis in de financiële wereld.'


Ik zal me als het ware even 'keurig' gedragen als de Nederlandse 'journalisten' die een pluimpje kregen van de failliete Fortis Bank en niet meer op jouw website, de Nieuwe Reporter, reageren.

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Wat een goede samenvatting van het Nederlandse journalistieke bestel. Ik zal nu mijn eigen glazen wel ingooien, zoals een docent eens tegen mij zei, maar het is toch van de zotten dat dit vak in dit land zich niet ontwikkelen kan, niet kan groeien, omdat het tegen al die verzuilde kaders aanloopt.

Wel aardig om in het kader van de ontwikkeling van het vak én een niet door wie dan ook gestuurde democratie verder mee te nemen, is dit deel uit een stuk van Ben Knapen van de WRR:

Voor een zinvol publiek debat moet de burger mediawijs zijn

Media bestaan in wisselwerking: enerzijds weerspiegelen zij wat leeft in de samenleving, anderzijds drukken zij een stempel op die samenleving. Spiegelung und Prägung zoals de Duitsers het noemen. Maar hierbij gelden de nodige relativeringen. Niet alleen omdat media wat leeft in een samenleving regelmatig over het hoofd zien. De opkomst van Pim Fortuyn geldt wat dit betreft in Nederland als een recente cause célèbre van onoplettendheid. Journalistiek ontdekt maatschappelijk-culturele onderstromen „pas als zij een duidelijk zichtbare woordvoerder krijgen, tot openlijk conflict binnen de geïnstitutionaliseerde elite of anderszins tot groot nieuws leiden”, constateerde Wil Tiemeijer in zijn veel geprezen dissertatie Het geheim van de burger. Pas dan dringt zo’n onderstroom door tot de collectieve verbeelding.

Maar een tweede relativering geldt ook en die is wezenlijker: de media drukken niet hun eigen stempel op die werkelijkheid, maar het stempel van de heersende opvattingen. Media hebben doorgaans zelf de kennis, wijsheid en soevereiniteit niet om een eigen stempel te kunnen drukken. Het zijn maatschappelijke elites, denkers, bestuurders, dominees en wat dies meer zij, die met hun interpretaties van de werkelijkheid het beeld bepalen. Zij leveren de ingrediënten, de stempels, die de media vervolgens verspreiden. Het gebeurt expliciet – via interviews, citaten en wat dies meer zij – maar oneindig veel vaker impliciet.

(http://www.nrc.nl/opinie/article1919220.ece/Voor_een_zinvol_publiek_debat_moet_de_burger_mediawijs_zijn)

Anoniem zei

Nog even dit. Toen ik op de school voor journalistiek begon, in 2002, haalde ik goede cijfers en was ik erg bevlogen. Die bevlogenheid verdween vervolgens heel snel. "De scherpe kantjes moeten er nog wat af", men vond mij te kritisch. Ik wilde 'begrijpen'. Dat was kennelijk allemaal niet de bedoeling. Ik kan niets anders zeggen, ik heb echt niets op die school geleerd. Het is een uiterst treurig gegeven. Heel hardhandig hebben ze mij daar bij willen brengen dat er verschil is tussen dat wat je veranderen kunt, en dat wat je niet veranderen kunt. Misschien moet ik me toch eens gaan organiseren. Om wél invloed te kunnen hebben om die bedroevende journalistieke cultur die er in Nederland heerst te veranderen. De Nederlandse journalistiek wenst geen vrijdenkers, die wenst conformisten. Het is van een zo grootse tragiek, dat ik er geen woorden voor heb maar wel een heleboel boosheid. Lia

Anoniem zei

In dit kader ook nog eens de reactie van Frits van Exter op DNR

Frits van Exter
januari 30th, 2008 at 2:48 pm
Beste Lia,
Journalistiek is voor mij geen middel maar een doel: het informeren van burgers. Dat doel dreigt verder buiten bereik te komen, mede doordat de klassieke financiering van de journalistiek (abonnementen, advertenties) op de tocht staat. Alternatieve financieringvormen worden daardoor interessanter. En dan wat mij betreft in de eerste plaats ter versterking van de waakhondfunctie van de journalistiek.
Met vriendelijke groet,
Frits van Exter

Lia
januari 30th, 2008 at 5:56 pm
Beste Frits,

Dank voor je reactie. Ik stel het op prijs.

Als het doel van journalistiek informeren is, maar dit informeren slechts beperkt blijft tot het informeren van een min of meer gelijkgestemden, dan vraag ik mij af of journalistiek niet juist toch een middel wordt?

Als krant doe je toch ook je best om erachter te komen wie je doelgroep is, zodat je weet wie je bedient. Op basis daarvan selecteer je toch je nieuws/de invalshoeken van de artikelen?

Maar misschien is journalistiek teveel een middel geworden de laatste jaren en is dit de reden waarom er juist naar andere financieringsmogelijkheden wordt gezocht, om meer ruimte aan het inhoudelijke te kunnen geven?

Toch blijf ik met het gevoel zitten dat er te weinig vanuit de ontvangers wordt gedacht. Daarmee bedoel ik niet, integendeel zelfs, dat je hen moet bedienen in de zin van hen "vertellen wat zij (denken te) willen horen om zich betrokken te voelen en daarmee abonnee blijven van de krant", maar bedoel ik:

Wat maakt dat je denkt dat men (nog) geinteresseerd is in het nieuws dat de waakhond brengt? Zien zij dat niet steeds vaker als: wiens nieuws is dat eigenlijk?

Dank je, en groet,
Lia
http://www.denieuwereporter.nl/?p=1433

Peter Flik en Chuck Berry-Promised Land

mijn unieke collega Peter Flik, die de vrijzinnig protestantse radio omroep de VPRO maakte is niet meer. ik koester duizenden herinneringen ...